5 februari 2014

Hoe moet men onderstaande in overeenstemming brengen met hetgeen bepaald is in paragraaf 183 van de vermelde publicatie?

Volgens de conclusie met referentie naar paragraaf 206 van de publicatie 2007/2 van het ICCI, wordt er een einde gesteld aan het controlemandaat. Men zal dan ook de audit per 30 september uitvoeren en dient aangaande verslag op stellen. Aangezien de jaarrekening een kalenderjaar dient te omvatten met name tot 31 december 2013 wordt er gevraagd de audit uit te voeren in gefuseerde entiteit voor de laatste drie maanden. Dit laatste zou dan een opdracht omvatten van slechts drie maanden.


Artikel 233 van het Decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap stelt het volgende:

 

De hogescholen voeren betreffende alle voorzieningen van de instelling een algemene boekhouding door middel van een stelsel van boeken en rekeningen met inachtneming van de gebruikelijke regels van het dubbel boekhouden en een aangepaste analytische boekhouding. De boekhouding omvat alle verrichtingen, bezittingen, vorderingen, schulden en verplichtingen van welke aard ook. De Vlaamse regering legt een boekhoudkundig schema vast. De boekhouding wordt voorgelegd aan een bedrijfsrevisor. De bedrijfsrevisor kan rechtstreeks briefwisseling voeren met de commissaris van de Vlaamse regering bij de hogeschool over de boekhouding en rekeningen van de hogeschool. Hij brengt het hogeschoolbestuur hiervan op de hoogte.”.

 

Bovenvermeld decreet legt de benoeming van een commissaris overeenkomstig het Wetboek van vennootschappen niet op. Bijgevolg is het ICCI van oordeel dat de wettelijke bepalingen met betrekking tot het commissarismandaat (benoeming, duur, bezoldiging,…) niet van toepassing zijn.

 

Indien de instelling de rechtsvorm van vzw zou hebben, dan zijn de dienaangaande wettelijke bepalingen van toepassing en dient de commissaris wel te worden aangesteld voor drie boekjaren.